|
In een tijd dat het volk
onderdrukt werd zijn er maar weinig die hun nek durven uitsteken. Yuan Shung Wung is
wel zo iemand, maar zijn gevecht tegen de autoriteiten loopt niet
goed af. Hij wordt gevangen, zijn familie vermoordt en publiekelijk
gemarteld. Een van zijn bedienden weet te ontsnappen en de zoon van zijn
meester (Kwok Choy) mee te nemen. Samen melden ze zich bij Hua Shan (Lee
Sau Kei) een
beroemde oude meester. Zodra Hua Shan hoort dat dit de zoon van Yuan
Shung Wung besluit hij
de jongen als leerling te nemen. Jaren gaan voorbij en als Yuan Cheng
Zhi achttien jaar is is zijn training bijna voltooid. Zijn leraar vindt
dat de tijd rijp is dat Yuan Cheng Zhi op eigen benen leert staan. Zelf
gaat hij een maand lang op reis en laat de jongen samen met zijn
bediende achter. Door de jaren heen groeide hij op tot een
verantwoordelijk jongeman met respect voor regels en andere mensen.
Tijdens de afwezigheid van zijn leraar vindt hij in de buurt een grot.
Deze grot zit vol met kleine vallen, geheimzinnige tekens en er ligt een
skelet van een man. Het lijkt er op dat dit skelet van de Snake moet
zijn en uit respect wil Yuan Cheng Zhi hem begraven. Als hij hier mee
bezig is stuit hij op een geheime kung fu handleiding en een slangenzwaard. In de tijd die volgt maakt hij zich met succes de technieken
eigen. Maar als het boek uit is ontdekt hij een geheime schatkaart. Er
wordt gevraagd of hij na het vinden van de schat op zoek wil gaan naar
Wen Yi (Li Ching) om een deel van de schat te geven. Omdat hij niet weet
of zijn meester het gebruik van het zwaard goedkeurt laat hij deze thuis
en gaat op pad. In de reis die volgt maakt hij kennis met Wen Ching
Ching
(Candy Wen Hseuh erh). Ze is een kleindochter van de leider van de Wen clan
en nogal een praatjes maker. Ze raken bevriend en als hij met haar mee
naar huis gaat raakt hij steeds meer betrokken bij het criminele
verleden van de clan. Het wordt zelfs zo erg dat hij het huis zowat niet
meer uitkomt.
Voor regisseur Chang Cheh was 1981 toch wel zijn
laatste glorie jaar. In de jaren die volgde maakte hij nog wel
interessante films maar niet van het zelfde formaat als in eerdere
jaren. ‘Sword stained with royal blood’ behoort dus ook tot een van zijn
laatste serieuze meesterwerken. De film heeft als hoofdrol speler
niemand minder dan Kwok Choy. Deze naam alleen al staat garant voor de
meest spectaculaire gevechten. Samen met Lu Feng en Chiang Sheng zorgde
hij voor de choreografie en het resultaat is absoluut verbluffend. De
grote kracht van de film is het mysterie van het verhaal en de manier
waarop zich dit ontwikkeld. Het begin kan iets aan de verwarrende kant
zijn aangezien er hier wat onnodige informatie gegeven wordt. Dit gaat
hoofdzakelijk over de achtergrond van de hoofdpersoon maar is verder
niet belangrijk voor het verdere verhaal. In het begin wordt
er nog wel regelmatig van locatie gewisseld, maar het laatste uur speelt
zich bijna alleen op een plek af. Dit is ook bijna een non-stop gevecht
waarin verschillende wapens en stijlen aan bod komen. Hierdoor en door de
prachtig gedetailleerde sets merk je er maar weinig van. Niet alleen de
sets zijn erg kleurrijk maar ook de personages die neergezet worden zijn
erg opvallend. De
beste omschrijving zal zijn, het goede van wu xia personages met extreem
mooie
gevechten, de ultieme combinatie dus. Ook wordt nog even duidelijk de
hiërarchie toegelicht zoals hij in de kung fu wereld geldt. Dit gebeurt
doordat het personage van Kwok Choy in conflict komt met leerlingen van
zijn oudere kung fu broer. Ze zijn van de zelfde leeftijd maar hebben
elkaar nog nooit ontmoet. Wat volgt is een prachtige discussie over
regels, respect en natuurlijk kung fu. Ondanks alle actie aan
het einde lijkt het er in het begin even op dat het het een wat saaie
film gaat worden. Toch is het dipje in de film absoluut noodzakelijk
voor het verhaal. Hiermee wordt er terug gegrepen naar een eerdere
geschiedenis die zich in de clan afspeelde. Dit berust natuurlijk wel op
een grote hoeveelheid toevalligheden, maar is hierdoor niet minder
vermakelijk. Als Kwok Choy na de prachtige introductie aan zijn
reis begint en Candy Wen Hseuh er ontmoet is het allemaal wat speels met een
romantische ondertoon. Althans niet vanaf de kant van Kwok Choy want die
heeft niet eens door dat hij een vrouw tegen over zich heeft. Maar net
op het moment dat de honger naar actie begint op te spelen komt hier
langzaam verandering in. Eigenlijk komt het allemaal op gang als een
diesel locomotief. Als deze eenmaal vaart heeft is hij niet meer te
stoppen en het zelfde geldt voor de gevechten in de film. Kwok Choy vecht
werkelijk met iedereen en met een grote variatie aan wapens. Natuurlijk
zijn de gevechten tussen hem en Chiang Sheng het spectaculairst maar de
rest doet niet veel onder. Op een respectvolle manier is alles iets
versneld en wordt er heel af en toe een trampoline gebruikt. ‘Sword stained
with royal blood’ is absoluut een bijzonder verassende productie. Een
film die niet alleen qua verhaal maar ook op kung fu gebied op eenzame
hoogte staat. Het is dus zeker een aanrader voor iedereen zelfs als je
niet zo van wu xia films houdt.
Copyright
kungfufilms.nl (2005) |