|
Voor mensen van buiten de stad lijkt
Sjanghai een plaats van onbegrensde mogelijkheden. Dagelijks stromen er
dus ook tientallen mensen de stad in op zoek naar een beter leven.
Hierin zien de diverse gangster een grote bron van inkomsten. Ze
vragen ze om beschermgeld en persen ze af wanneer mogelijk. Heel af en
toe staat er iemand op die weestand bied maar dit wordt vaak met grof
geweld de kop ingedrukt. Dit maal is het Fan Kao To (Yang Kwan) die
genoeg vindt. Met gemak weet hij de afpersers te weren. Het vraagt ze
meteen de boodschap dat hij niet zal buigen aan hun baas te geven.
Vervolgens laat hij het kleine voedsel stalletje wat hij heeft achter
zich in gaat opzoek naar werk in de haven. Dit doet hij omdat zijn
moeder en zus binnenkort de stad in zullen komen. Fan Kao To heeft
liever niet dat hij hun in gevaar brengt en ziet af van verdere acties.
Dit duurt echter niet lang want in de haven ziet hij wederom hoe werkers
vernederd en afgeperst worden. Zijn gevoel voor gerechtigheid speelt
meteen op en hij gaat zonder pardon met ze op de vuist. Gelukkig is hij
erg sterk en met gemak verslaat hij de gangsters. Dit valt natuurlijk
niet helemaal lekker bij de grote baas (Li Ying). Maar echt tijd om
hier wat aan te doen heeft hij alleen niet. Nog niet zo lang geleden
heeft hij met veel pijn en moeite Ma Yung Chen uit de weg weten te
ruimen. Nu gaat het gerucht dat zijn zus en moeder opzoek zijn naar
wraak. Beide dames schijnen er goede vechters te zijn en met de
herinnering die hij aan Ma Yung Chen heeft lopen de rillingen hem al
over de rug. Hij besluit al zijn mannen hun te laten opwachten om ze te
vermoorden. Verbazingwekkend genoeg gaat dit allemaal erg makkelijk. Het
blijkt dat ze zich vergist hebben en de familie van Fan Kao To om het
leven gebracht hebben. Niet echt handig want Fan Kao To gaat helemaal
door het lint. Hij bestormt het hoofdkwartier van de gangsters voor
wraak. Toevallig valt dit precies samen met de aankomst van Ma Su Chen (Judy
Lee) die wraak voor haar broer zoekt. Samen doen ze een poging om eens
en voor altijd met de gangsters af te rekenen.
Gemaakt in maar achttien dagen en met een verhaal wat simpel weg om
wraak en onderdrukking gaat. Het is dus een echt school voorbeeld van een kung fu
film. Het verhaal gaat verder waar ‘Boxer from Shantung’ ophoudt.
Natuurlijk hebben ze met deze individuele productie nooit het niveau van
de Shaw brothers klassieker weten te handhaven. Wat wel vergelijkbaar is
zijn de sfeer en de wilskracht in de gevechten. Acteur Yang Kwan speelt
de hoofdrol maar zijn spel is wat vlak en het lukt hem niet echt om te
schitteren. Zijn gevechten zijn wel leuk maar missen net dat beetje meer
om je echt op het puntje van je stoel te krijgen. Maar het lijkt er erg
op dat dit met opzet gedaan is. De film werd namelijk als opstap
gebruikt voor de op dat moment zestien jarige Judy Lee. Haar rol is niet
super groot te noemen maar haar prestatie des te opvallender. Vanaf het
begin van de film zien we haar af en toe even het verhaal in komen. Hier
laat ze nog niet veel van haar kunnen zien maar in het laatste half uur
gaan de remmen los. Ze krijgt een blik in haar ogen die vergelijkbaar is
met die van Bruce Lee en slaat, hakt, schopt en snijdt zich een weg door
en eindeloze stroom tegenstanders. Je moet hier natuurlijk wel even
rekening mee houden dat het een film uit 1972 betreft. ‘Queen boxer’
valt dus ook in de categorie ‘Basher’ en gaat dus ook om het betere
hakwerk. De choreografie is dus ook nog niet zo verfijnt als het vele
jaren later zal zijn. Het is alleen allemaal wel erg intens in dat is
ook de kracht van deze film. Wat het ook bijzonder maakt zijn de lagen
en onafgebroken takes waarin het gevecht plaats vindt. Hiermee weet Judy
Lee enorm veel respect af te dwingen. De tegenstanders hanteren in stijl
van het eerdere deel allemaal een klein hakbijltje. Deze belanden
werkelijk over alle met grote stromen bloed als gevolg, erg gewelddadig
dus. Bij een film die in achttien dagen gemaakt is kan je wel bedenken
dat het allemaal wat magertjes aanvoelt. Echt bijzondere kleding wordt
er niet gedragen en het komt allemaal wat allerdaags over. Het zelfde
geldt voor de locaties waar gefilmd is. Gewoon in de stad met een gebouw
als grote middelpunt. Dit is het hoofdkwartier van de gangsters en een
gebouw van twee etages. Het grappig is dat dit de enige plek waar een
beetje opvallend camerawerk gebruikt wordt. Meerdere malen gaat de
camera van boven naar beneden of anders om. Dit resulteert natuurlijk
wel in opvallend lange shots. Want eerst gebeurt er wat benden, de
camera gaat omhoog en we gaan daar verder met de scène. Als muziek
worden er stukjes gebruikt uit ‘Once upon a time in the west’, ‘Fist of
fury’, de begin tune van ‘Shaft’ en nog een aantal andere klassiekers.
Dit past lekker bij het low budget sfeertje wat de film uitstraalt.
Ondanks dat het verhaal weinig voorstelt weet Judy Lee met haar
eindgevecht de film iets meer mee te geven. Het laatste half uur is dus
ook het leukste en haalt deze gemiddelde film een behoorlijk stuk
omhoog. Copyright
kungfufilms.nl (2005) |