Met succes runt Chen
(Casanova Wong) al jaren een transport beveiligingsbedrijf. Hij leeft er
goed van en heeft een groot huis en behoorlijk wat centjes op de bank.
Op een dag krijgt hij een uitnodiging van Lung Tung Chien (Yen Shi Kwan).
Deze vraagt hem om een erg kostbaar en antieke jade paardje voor hem te
vervoeren. Chen garandeert dat hij het kunstvoorwerp voor hem in
zeventien dagen op de afgesproken plaats zal afleveren. Hij tekent een
contract met zijn huis als onderpand. Voor Chen begint de reis en hij
zorgt dat hij het pakketje geen moment uit het oog verliest. Na
zeventien dagen komt hij met het ongeschonden paktje bij Lung Tung Chien
aan. Deze maakt het open en vindt tot zijn grote schrik geen paardje
maar een steen. Door de schok raakt Chen buiten bewust zijn en als hij
weer bijkomt is hij niet meer de oude. Hij snapt totaal niet hoe dit
heeft kunnen gebeuren. Het enige wat hij nog kan is dom voor zich
uitstaren en wat bazelen over zijn onbegrip. Lung Tung Chien beroept
zich op het contact en krijgt al zijn bezittingen. De dagen die volgen
brengt Chen door in een nabij gelegen restaurant. Hier wordt hij
opgemerkt door Lung (Ching Siu Tung) en Li (Meng Yuen Man). Een nogal
losbandig tweetal dat zich hoofdzakelijk met gokken en het bedriegen van
mensen bezig houdt. Als zij het verhaal van Chen horen snappen ze meteen
dat hij bedrogen is. Door het grote geldbedrag waar het om gaat en uit
nieuwsgierigheid besluiten ze op onderzoek te gaan. Al snel ontdekken ze
dat Lung Tung Chien nogal een zware jongen is. Alleen dit komt net iets
te laat want ze hebben al een aantal huurmoordenaars achter zich aan.
Op zich is ‘The master strikes’ een nogal flauwe en drukke kung fu
komedie. Maar de geweldige gevechten maken dit meer dan goed. De verhaal
lijn is vrij simpel en beslaat eigenlijk alleen het begin en einde van
de film. Het middelste deel is gereserveerd voor de streken Ching Siu
Tung en Meng Yuan Man. De bekende grappen passeren ruimschoots de revue.
Ze houden zich continue bezig met gokken en belanden hiermee nogal eens
in een gevecht. Als ze proberen een oude man van zijn wijn en eend te
beroven ontdekken ze dat deze man niemand minder is dan ‘Beggar Su’ (See
Fu Chai). In ruil voor wijn leren ze beiden de helft van een stijl van
hem. Hier krijgen we heel even wat trainingsscènes te zien. Echt
bevredigend is dit niet om dat ze wat aan de korte kant zijn en niet
echt super spectaculair. Ze verlaten de man dus ook al snel om verder te
gaan met hun normale streken. Ondanks dat alles erg flauw is zijn de
kinderachtige acties van Ching Siu Tung en Meng Yuan Man erg leuk om
naar te kijken. Dit komt hoofdzakelijk door Meng Yuan Man. Zijn gedrag
is lekker melig en dit werk erg aanstekelijk. Hij is ook nog eens een
geweldige acrobaat en hierdoor kan het wat mij betreft niet meer stuk.
Casanova Wong is helaas iets aan de irritante kant in zijn rol. Dit is
hoofdzakelijk te wijten aan de engels gedubde stem die we te horen
krijgen. Continue loopt hij met een hoge stem te gillen en te
schreeuwen. De meeste van zijn vechtpartijen zijn dus ook heel erg druk
om naar te luisteren. Maar visueel is het allemaal werkelijk een groot
feest om naar te zien. Met zekerheid durf ik te zeggen dat dit tot het
beste behoort wat hij gemaakt heeft in zijn carrière. Hij vecht
natuurlijk met benen en is te vergelijken met een menselijke wervelwind.
Razend snel schopt hij om zich en raakt zijn slachtoffers met precisie.
Vooral het eindgevecht waarin hij het samen met het melige tweetal
opneemt tegen Yen Si Kwan is super. Een gevecht van een minuut of tien
met een bijzonder hoog tempo. Veel acrobatiek wordt afgewisseld met
prachtige technieken en rake klappen. Sommige stukken zijn ietsje
versneld maar over het algemeen is dit niet als een probleem te ervaren.
Verder krijgen we Eddie Ko nog even in actie te zien in een kort gevecht
tegen Wong Mei Mei. Deze jonge dame laat prachtig haar kunnen zien en
mengt flexibiliteit met prachtige elegante bewegingen. Een welkome
afwisseling tussen al dat mannelijk en bruut geweld. Opvallend genoeg
werd de film geregisseerd en geschreven door een vrouw. Dit is niet iets
wat je vaak tegen komt in films uit Hongkong. Go Bo Shu brengt het er
goed af en alles ziet er netjes en verzorgt uit. Toch is het duidelijk
dat de meeste scènes gewoon bedacht zijn tijdens het filmen. Maar dit
geeft het juist allemaal die overbekende old skool sfeer. Het beste
advies wat ik voor de ze film kan geven is verstand op nul, lachen om de
flauwe grappen en extreem genieten van de geweldige gevechten. Copyright
kungfufilms.nl (2005) |