De
Ching's zijn aan de macht in China en hier is niet iedereen even blij
mee. Door het hele land heen ontstaan er kleine verzetseenheden. Als er
ontdekt wordt dat een groot aantal rebellen zich in de Shaolin tempel
schuil houdt krijgt generaal Che Kung (Zhu Mu) de opdracht om de
rebellen uit te roeien en de tempel te vernietigen. Een van de weinigen
die weet te ontsnappen is Hung Si Kwan (Chen Kuan Tai). Te voet
verplaatst hij zich door het land. Hierbij wordt hij continue achterna
gezeten door de generaal en zijn mannen. Onderweg komt hij Fang Si Yu
(Fu Sheng) tegen, een naïeve jonge rebel die door een list het gevecht
met Hung Si Kwan aangaat. Het gevecht wordt beslist in het voordeel van
Fang Si Yu. Hung Si Kwan wordt gevangen genomen en aan de generaal
uitgeleverd. Als Fang Si Yu door krijgt wat hij gedaan heeft is het te
laat en zit Hung Si KWan al opgesloten in de kelder van de rijke Ho
Chu-Chen (Chiang Nan). Hevig ontdaan zet Fang si Yu alles op alles om
Hung Si Kwan te bevrijden en de strijd voort te zetten tegen de
onderdrukkers.
1974 was een druk
jaar voor regisseur Chang Cheh. Maar naast druk was het vooral ook een
jaar van vernieuwing. Bruce Lee had net zijn stempel op het genre
gedrukt en de wereld schreeuwde om vuist tegen vuist gevechten. Tevens
moest er echt wat nieuws bedacht worden want iedereen begon aardig
verzadigd te raken van Wu Xia films. Liu Chia Liang, die toen nog
choreograaf was, kwam met het idee om de Shaolin tempel als nieuwe
inspiratie bron te gebruiken. Dit werd bijzonder goed ontvangen met als
gevolg dat er een grote filmploeg naar Taiwan vertrok. Het was de
bedoeling om daar een serie films te maken. Allemaal zouden ze één ding
gemeen hebben en dat was de Shaolin tempel en de vernietiging ervan.
Ondanks dat 'Men from the monastery' als eerst gepland was werd het 'Heroes
two' die als eerste aan het publiek vertoond werd. De film was een enorm
succes en Chang Cheh was niet meer te stoppen.
Het verhaal begint
na de vernietiging van de tempel. De helden worden opgejaagd als wild.
De manchu's weten de een na de ander te pakken te krijgen en alleen de
echt goede vechters blijven over. Mannen die van geen opgeven willen
horen en de ene heldendaad na de andere verrichten. Als iemand goed was
in het neerzetten van helden dan was het Chang Cheh wel. Ook hier levert
hij uitstekend werk. Hung Si Kwan is één brok rechtvaardigheid en
standvastigheid. Goed doordacht is zijn tegenpool, de jongen en naïeve
Fang Si Yu. Samen mogen ze het opnemen tegen de uiterst berekenende Che
Kung. Een meedogenloze generaal die zelf zijn handen liever niet vies
maakt en anderen voor hem laat vechten. Het verhaal is ook bijzonder
origineel voor het genre. Het is geen recht toe recht aan wraak verhaal.
Het draait allemaal om het goed maken van fouten en
vergevingsgezindheid. De enige manier om dit voor elkaar te krijgen is
door middel van vasthoudendheid. De belangrijkste personages hebben een
goede diepgang. Helaas houdt het daarna wel een beetje op. Je mag de
andere karakters beoordelen op hun uiterlijk want meer dan dat krijg je
niet te zien. Ook zijn er sommige zaken die niet worden benoemd.
Subplots zijn er dus ook niet en de verhaallijn is vrij direct. Iets wat
onmiddellijk opvalt aan de film is het tempo. Normaal gesproken draaide
het bij Chang Cheh om uiterst trage melodrama. Hier zit de vaart er
redelijk in. Drama is nog steeds aanwezig maar het gaat niet om
kniezende helden. Het zou ook niet goed passen want in een tijd waarin
continue gevochten moet worden komen ze daar ook niet aan toe.
Zoals benoemd werd 'Heroes
two' in Taiwan opgenomen. Het resultaat is een hele andere sfeer dan
gebruikelijk. Er wordt heel veel gebruik gemaakt van duinachtige
gebieden en bossen. Vervolgens verdwijnen we ergens in een studiodorp.
Hier is alles weer gelijk aan de gebruikelijke Shaw films.
Het
allerbelangrijkste voor het succes van 'Heroes two' is het gebruik van
Hung Gar. Dit was de eerste film waarin dit zo nadrukkelijk gebruikt
werd. Om de film te promoten werd ook een korte film gemaakt over deze
kung fu stijl. Hierin worden de vormen van het Hung Gar gedemonstreerd
en uitgelegd. De man achter dit idee was Liu Chia Liang. Zijn vader
leerde hem de stijl en deze was een directe leerling van Lam Sai Wing de
leerling van Wong Fei Hung. In de gevechten is dit allemaal ook
duidelijk terug te zien. De combinaties zijn direct en bijzonder
effectief. Ze bestaan uit series van een behoorlijke aantal bewegingen.
Vijftien technieken achter elkaar is pas het begin en dit vergt veel van
de acteurs. Chen Kuan Tai was al bekend met kung fu dus voor hem was het
totaal geen probleem. Fu Sheng werd een half jaar voorbereid en ook hij
staat aardig zijn mannetje. Het is alleen wel zo dat het allemaal nog
niet de continuïteit heeft die een paar jaar later zal ontstaan.
Acrobatiek en het sierlijke van Peking opera is hier dus ook nog niet
terug te vinden.
De soundtrack van 'Heroes
two' is bijzonder prominent aanwezig. Het is echt zo'n muziekje wat
vreselijk in je hoofd blijft hangen. Het is zelfs zo dat iedereen de
film er direct uit zou kunnen pikken aan de muziek. De titel muziek
roept bij elke kung fu film fan dus ook warme gevoelens op.
'Heroes two' is een
belangrijk keerpunt in de Hongkong film geschiedenis. Het markeert de
start van een nieuwe periode. Één waarin de kung fu film zou worden wat
hem zo populair maakte. De Shaolin tempel werd samen met Hung Gar
geïntroduceerd bij het grote publiek. De gevechten zijn bijzonder
intens en dit is ook wat de film zo een groot succes maakt. Chen Kuan
Tai en Fu Sheng laten zien dat ze bijzonder charismatisch zijn en
hierdoor in staat zijn een film te dragen. Chang Cheh weet het verhaal
over broederschap, vergevingsgezindheid en trouw goed weer te geven. Dit
maakt 'Heroes two' een belangrijk document dat iedereen die interesse
heeft in kung fu films gezien moet hebben.
Copyright kungfufilms.nl
(2008) |