Het leven is voor Lung Shia wel relaxed.
Zijn vader heeft een kung fu school en er wordt niet echt ontzettend op
hem gelet. Als zoon van de meester kijkt iedereen natuurlijk tegen hem
op en dit maakt hem eigenlijk behoorlijk arrogant en brutaal. Zijn
moeder (Kan Chia Fong) besteed hier eigenlijk niet zoveel aandacht aan.
Ze wil dat de jongen het goed heeft en ze houdt meer van hem dan van
haar man(Lau Hok Nin). Toch verzorgt ze haar man met veel aandacht. Hij
loopt namelijk al achttien jaar met een ongeneselijke verwonding. Als
deze wond op een dag weer opspeelt krijgt hij bezoek van Ling Ko Fung (Hwang
Jan Lee). Het is een behoorlijke tijd geleden dat deze twee heren elkaar
zagen. Het weerzien is ook niet echt van vriendelijke aard. Ling Ko Fung
is namelijk gekomen om het leiderschap over de 'Dragon claw' stijl te
claimen. Maar als hij ziet in wat voor staat zijn kung fu broer is
besluit hij later terug te komen. En dat doet hij ook een behoorlijke
tijd later staat hij ineens weer voor de deur. Het duel wordt ingeleid
door een ceremonie en de twee vechters gaan elkaar te lijf. Even lijkt
het er op dat ze aardig aan elkaar gewaagd zijn. Maar plots gebruikt Lin
Ko Fung bewegingen die niet tot de 'Dragon claw' stijl behoren. De vader
van Lung Shia zag dit totaal niet aankomen en wordt precies op zijn
zwakke plek geraakt. Ling Ko Fung beschouwt het gevecht als gewonnen.
Hij pakt het gouden plakkaat wat hem tot leider van de stijl maakt. Iets
later komt Lung Shia de school binnenlopen. Als hij zijn gewonde vader
ziet zet hij meteen de aanval op Lin Ko Fung in. Natuurlijk maakt hij
geen schijn van kans en raakt net zo gewond als zijn vader. Voldaan
vertrekt Lin Ko Fung om te vieren wat hij net bereikt heeft. Alleen als
hij de volgende dag de plakkaat eens goed bekijkt ontdekt hij dat deze
niet echt is. Woedend keert hij terug. Uit respect voor hun overleden
leider geeft hij de school een paar dagen om het echt plakkaat te
overhandigen. Moeder en zoon zijn uiterst verbaasd dat het plakkaat niet
de echte was en vrezen voor hun leven. Ze vluchten naar een afgelegen
plek zodat Lung Shia zijn kung fu kan trainen en verbeteren. Zijn moeder
traint hem goed maar als hij een oude medicijn verkoper ontmoet gaat hij
opeens met sprongen vooruit. En hij zal het nodig hebben want Ling Ko
Fung is nog steeds naar hem opzoek.
Met Joseph Kuo als regisseur kan je er eigenlijk wel van
uit gaan dat het goed zit. Jaren lang maakte hij spraakmakende en
opvallende kung fu films. 'Dragon's claws' is een van zijn laatste films
voor hij zich in 1981 helemaal terug trok. De populariteit van het genre
werd minder maar voor deze film hoeft hij zich absoluut niet te schamen.
Erg origineel is allemaal niet te noemen. Maar laten we heel eerlijk
zijn, echt veel gaat dat natuurlijk niet uitmaken. Want deze film heeft
precies alle belangrijke elementen in zich. Als eerste natuurlijk een
goede boef. Hiervoor is een van de beste kung fu schurken aller tijden, Hwang Jan Lee aangetrokken. Hij combineert zijn geweldige traptechnieken
naadloos met de 'Dragon claw'. Zijn uiterlijk is precies zoals we van
hem gewend zijn en zijn uitstraling meedogenloos. Buiten de fysieke
prestatie voor de gevechten om heeft hij dus niet echt veel moeite
hoeven doen voor zijn rol. Maar dit is wel precies zoals we hem graag
willen zien. De rol van de held wordt vertolkt door Liu Chia Yong (niet
te verwarren met Liu Chia Yung). Deze jongere broer van Liu Chia Liang
heeft absoluut het uiterlijk om deze rol tot een succes te maken. Helaas
komt hij wel wat te kort als het op vaardigheid aankomt. Het komt dus
ook niet echt geloofwaardig over als hij het voor elkaar krijgt om Hwang
Jan Lee te verslaan. Een andere belangrijke rol wordt gespeeld door
Kan Chia Fong. Er kan met zekerheid gezegd worden dat zij hier de show
steelt. Helaas vecht ze niet super veel maar wat ze laat zien is
verbluffend. Volgens mij heb ik het al wel vaker gezegd maar ze is echt
de nummer een op het gebied van vrouwelijke vechters. Ze is krachtig,
flexibel en beschikt over ruim voldoende technieken. Het enige minpunt
wat je kan noemen is het ontbreken van de vrouwelijke vormen. Ze is
namelijk nogal potig om het zo maar even uit te drukken. Zij zorgt samen
met Liu Chia Yong voor het beste moment van de film. Dit vindt plaats
tijdens het avond eten. Als moeder vindt dat de zoon te erg zit te
schrokken besluit ze in te grijpen. Er ontstaat een prachtig eetstokjes
gevecht met het vlees als inzet. Natuurlijk ontbreekt ook de oude
bedelaar / meester niet. Ditmaal is het Wong Biu Chan die deze rol voor
zijn rekening mag nemen. Hij ziet er bizar uit en zijn gedrag werkt erg
op de lachspieren. Hon Gwok Choi zorgt ook voor een komische noot. Deze
magere opdonder is voor de verandering eens niet irritant. Joseph Kuo
zorgt dat we van alles precies genoeg krijgen. Geen ellenlange komische
scènes, maar een lekkere afwisseling in alles wat er gebeurd. En daar
waar het nodig duurt het wel weer wat langer. Hiermee doel ik natuurlijk
op de gevechten. We krijgen ook hier voldoende variatie en
trainingscènes doen hier nog eens een schepje boven op. Liu Chia Yong is
zoals eerder genoemd niet iemand met extreme fysieke talenten. Dit heeft
natuurlijk ook zijn weerslag op de trainingen. Geen verbluffende
krachtoeren maar gewoon veel droge kung fu vormen. Ondanks dat het
verhaal zich van behoorlijk wat clichés bedient heeft het toch een
opvallende invalshoek. Vooral in het begin wordt de kijker even op het
verkeerde been gezet. Hier ontstaat wat twijfel over wie nu de werkelijke
schurk van het verhaal gaat worden. Alle personages zijn ook goed
uitgediept en leuk om naar te kijken. Het is dus niet erg origineel
allemaal maar wel perfect uitgevoerd. En laten we eerlijk wezen. Een
kung fu film hoeft helemaal niet origineel te zijn. Als de gevechten
maar adrenaline opwekken en de wraak zoet is. Want wat anders kunnen we
er verder nog bij willen. Copyright
kungfufilms.nl (2005) |