|
Doormiddel van hun goede samenwerking
weten Hung Wei Ting (Liu Chia Hui) en Ah Piao (Lee King Chue) Pak Mei (Wilson
Tong) te verslaan. Het verzet ziet ze als helden, maar de leden van de
‘White lotus clan’ denken hier heel anders over. Ah Piao wordt gevangen
genomen door het leger maar echt lang blijft dit niet zo. De keizer
vindt het allemaal wel genoeg en laat een grote groep gevangenen vrij.
Ah Piao is er hier een van en blij keert hij huiswaarts. Door ernstige
verwonding aan zijn been gaat dit allemaal een stukje langzamer dan
voorheen. Gouverneur Kao Ting Chun (Wang Lung Wei) ziet in de Shaolin
mannen nog steeds een bedreiging en negeert de opdracht van de keizer.
Hij brengt een bezoek aan de leider van de ‘White lotus clan’ (Lo Lieh)
om hem om hulp te vragen. Samen beginnen ze een jacht op de overlevende
van Shaolin. Ook Hung Wei Ting en Ah Piao krijgen een bezoek van hen.
Het gevecht is hevig maar ze maken geen schijn van kans tegen de bijna
bovennatuurlijk vaardigheid van de leider van ‘The white lotus clan’. Ah
Piao heeft al snel door dat dit gevecht niet te winnen is en offert zich
op zodat zijn zwangere vrouw (Hui Ying Hung) en Hung Wei Ting kunnen
ontsnappen. Samen vinden ze onderdak en werk bij de broer van Ah Piao.
Alleen Hung Wei Ting kan zijn wraak gevoelens maar niet laten rusten.
Hij weet dat hij geen schijn van kans maakt met de vaardigheid die hij
nu heeft en dat hij de klus allen zal moeten klaren. Met deze reden
besluit hij de kraanvogelstijl van Ah Piao samen te voegen met zijn
tijgerstijl. Maanden traint hij keihard tot hij vindt dat hij er klaar
voor is. Hij was er alleen wat minder aan toe dan hij zelf dacht. De
leider van ‘The white lotus clan’ maakt hem op speelse wijze duidelijk
dat hij nog steeds geen partij voor hem is. Gelukkig weet Hung Wei Ting
levend te ontsnappen. Thuis verteld hij wat er gebeurd is en samen met
de vrouw van Ah Piao gaat hij verder met zijn training. Want er zal toch
een manier moeten zijn om deze vreselijke man te verslaan.
Regelmatig wordt ‘Clan of the white lotus’ bestempeld als vervolg op
‘Shaolin executioners’. Het verhaal en de personages vertonen inderdaad
een groot aantal vergelijkingen maar een vervolg is het niet te noemen.
Een iets andere interpretatie van het verhaal is eerder op zijn plaats.
Voor Lo Lieh was dit de tweede film waarvan hij de regie voor zijn
rekening nam. Hierin werd hij bijgestaan door niemand minder dan Liu
Chia Liang. Deze zorgde namelijk voor de choreografie en zal
waarschijnlijk nog wel wat meer tips gegeven hebben. Wat Lo Lieh
briljant doet is de juiste punten van het verhaal er uit lichten. Dit
zijn die dingen die een kung fu film dat speciale sfeertje geven. Veel
trainingen, gevechten en een bijna bovennatuurlijke schurk. Voor de
laatste nam hij zelf de verantwoording op zich. Dit doet hij
voortreffelijk en dit is dus absoluut een van zijn beste rollen. Vooral
zijn eerste gevecht roept veel respect af. Niet zozeer voor het gene wat
hij laat zien maar meer voor de manier waarop hij dit doet. Liu Chia Hui
gaat hem te lijf met een zwaard. Bijzonder ontspannen en met een minimum
aan bewegingen weet hij iedere aanval te weren. Uiteindelijk pakt hij
met gemak zijn zwaard af en geeft hij Liu Chia Hui het nakijken. Hij
beheerst twee bizarre vaardigheden. Namelijk gewichtsloosheid en
onkwetsbaarheid. Dit in combinatie met zijn witte baard en pruik maakt
zijn uitstraling bijna angstaanjagend. Helemaal als je bedenkt dat een
van deze twee vaardigheden je al onverslaanbaar zullen maken. Niemand
zal je kunnen raken en als lukt maakt het nog niet uit. Toch gaat onze
held er voor om zijn vriend te wreken. Eigenlijk is de opzet meer van
hetzelfde van wat we in het genre gewend zijn. Alleen ‘Clan of the white
lotus’ wijkt iets af. Er is namelijk geen directe leraar. Het personage
van Liu Chia Hui probeert zichzelf te leren hoe hij zijn tegenstander
kan verslaan. Hierbij krijgt hij wel wat hulp van Hui Ying Hung. Hij
leert om zo min mogelijk kracht te gebruiken zodat hij de
gewichtsloosheid van Lo Lieh kan verslaan. De naam die aan deze stijl
gegeven wordt is ‘Womans kung fu’. Het is ontspannen, flexibel en
vertoond dus ook heel veel vergelijkingen met Tai Chi. Maar omdat de
show die we hiermee te zien krijgen nog niet voldoende is wordt hier ook
nog eens acupunctuur aan toegevoegd. Meesterlijke trainingen en
gevechten dus. Het verhaal loopt lekker en echte eigenaardigheden doen
er zich niet voor. Het valt alleen wel op dat er niet echt veel aandacht
aan de dramatische gebeurtenissen geschonken wordt. De sfeer in de film
is dus ook erg luchtig. Er is een beetje gezocht naar een middenweg
tussen een serieuze film en een komedie. Slapstick is het niet te
noemen, maar Liu Chia Hui’s personage is ook niet super serieus te
nemen. Maar degene die echt voor de grappen zorgt is Lam Fai Wong. Hij
zet een soort irritante sidekick neer die als levende boksbal gebruikt
wordt. De plaatsen waar gefilmd is een combinatie van buiten en
studiowerk. Vooral de verblijfsplaats van de leider van de white lotus
clan ziet er super uit. Verder is alles het standaard Shaw brothers
werk. Goed verzorgd en bijzonder gedetailleerd. ‘Clan of the white
lotus’ is dus absoluut een aanrader. Het enige wat misschien een klein
beetje tegen zou kunnen staan is dat de held niet echt een stoere kerel
te noemen is, Helemaal niet meer na het leren van de ‘vrouwen stijl’.
Maar aan de andere kant geeft dit juist ook weer een origineel tintje
aan de film. Copyright
kungfufilms.nl (2005) |