Net voordat de dorpsgek haar laatste adem
uitblies wist ze nog de trap van de Shaolin tempel te bereiken. Voor
haar was het te laat maar voor haar nog geen één jaar oude zoon ( Ng
Yuen-Jun ) begon het pas. De monniken nemen de jongen in hun tempel op
en laten hem gewoon meedraaien in de dagelijkse beslommeringen. Maar
naar mate hij ouder wordt begint hij steeds meer een buitenbeentje te
worden. Hij is nogal wereldvreemd en erg op zich zelf. De andere
leerlingen geven hem dus ook de bijnaam 'Grazy guy'. Jaren gaan voorbij
tot hij de twintig is gepasseerd. Al die tijd trainde hij niet met de
anderen mee. Gelukkig ontfermt een oude monnik zich over hem en leert
hem de stijl van de achttien Lo Han's. Grazy guy pakt alles aardig op
en al snel wordt hij een verdienstelijk vechter. Dit stuit de anderen
natuurlijk enorm tegen de borst. De onvermijdelijke confrontatie volgt
dus ook snel. Omdat dit nu al de zoveelste keer is dat grazy guy in de
problemen zit besluiten ze een oplossing te zoeken. Het lijkt ze het
beste dat hij leert op eigen benen te staan. Het zal zijn ontwikkeling
goed doen. De volgende dag trek hij er eenzaam op uit. Hij laat de
tempel achter zich om ergens een nieuw leven te beginnen. Maar ondanks
alles is hij zijn gevoel voor rechtvaardigheid niet kwijt. Onderweg
helpt hij een jongen die in gevecht is met een aantal gangsters. Nog
nooit was er iemand die deze heren de baas kon. Grazy guy verslaat ze
zonder enige problemen. Hierdoor valt hij natuurlijk erg in de smaak bij
de dorpoudste. Ze zien in hem een bescherming tegen de terreur die de
gangsters al jaren uitoefenen. Grazy guy krijgt van hen een eigen
vegetarisch restaurant en op die manier is hij altijd in de buurt. Het
plan werkt en de gangsters blijven weg. Maar ondertussen smeden ze wel
een plan om van de vreemde monnik af te komen.
Lo Mar is voor vele kung fu film
liefhebbers een regisseur die prettige gevoelens oproept. Zijn kung fu
films zijn allemaal recht door zee en zonder nonsens. Het enige waar het
om draait is lol en kung fu. Het verhaal boeide nooit zoveel en hier
kwam hij altijd goed mee weg. Vooral 'Monkey kung fu' en 'Five super
fighters' deden het geweldig op dit concept. Driemaal is scheepsrecht
moet hij gedacht hebben toen hij 'Boxer from the temple' op dezelfde
wijze maakte. De vraag is alleen of dit ook werkelijk zo is.
Het niet hebben van een goed sluitend
verhaal hoeft geen probleem te zijn in een kung fu film. Als er een
duidelijk doel is gesteld is het allemaal best te doen. Regisseur Lo Ma
neemt het hier niet zo nauw met deze stelling. Hierdoor wordt alles in
de film een beetje los zand. Er zit wel enigszins een lijn in maar deze
is erg dun te noemen. Logica is regelmatig ver te zoeken. Onze
hoofdrolspeler krijgt bijvoorbeeld pas rond zijn twintigste zijn eerste
kung fu les. Na een weekje trainen blijkt hij opeens een volleerd
meester. Daarna trekt hij de wereld in en blijkt hij nog onverslaanbaar
ook. Echt een probleem hoeft dit niet te zijn want ook dit soort zaken
komen vaker voor. Om geld of tijd te besparen of bij gebrek aan een kind
acteur is zoiets natuurlijk een begrijpelijke oplossing. Ook handelen
personen soms tegennatuurlijk. Monniken die problemen oplossen door het
slachtoffer weg te sturen lijkt me niet echt overeen te komen met de
leer van Boeddha. Dit is eerder de makkelijkste uitweg kiezen. Tevens
worden er verhaal lijnen gestart waar opeens geen aandacht meer aan
besteed wordt. Maar de meest storende vergissing is het niet duidelijk
laten zien waar de hoofdschurk toe in staat is. Natuurlijk is het erg
dat hij vrouwen dwingt tot prostitutie en de dorpelingen afperst. Maar
het gaat hier om een kung fu film en dan willen we ook kung fu zien. Er
moet angst voor deze man gecreëerd worden. In plaats hiervan mag zijn
debiele zoon alle irritatie opwekken. Dit gaat ook nog eens zonder kung
fu. Het zijn dus ook telkens weer andere acteurs die vechten. Ng
Yuen-Jun is de enige die meerdere malen in actie komt. Hij is tenslotte
de hoofdrolspeler dus moet hij ook wat doen. Helaas is zijn personage
wel grappig maar mist hij de diepgang. Ook hij reageert niet volgens een
karakter en er is maar niet te bepalen of hij nu dom of juist slim is.
Het is dus allemaal erg tegenstrijdig. Toch verveelt 'Boxer from the
temple' geen moment. Het is allemaal wel grappig wat er gebeurt en
natuurlijk werkt de bekende Shaw sfeer erg ontspannend.
Naast het feit dat een hoofdpersonage
enige karakter moet hebben helpt het ook als de acteur tot de
verbeelding spreekt. Met Ng Yuen-Jun lopen we eigenlijk tegen het zelfde
probleem aan als met Yuen Te in 'The master'. Weinig uitstraling in
combinatie met een wat slungelig lichaam. Hij krijgt het niet voor
elkaar om enige emotie op te wekken bij de kijker. Dit lukt zelfs niet
als er hele erge dingen gebeurd zijn. Nu moet er wel toegegeven worden
dat dit ook aan het verhaal te wijten is. Als een vriend namelijk
aangeeft wraak te gaan nemen voor leed dat jou is aangedaan dan laat je
hem niet gaan. Hier komt ook nog eens bij dat geen van de acteurs echt
grip op de kijker weet te krijgen. Zelfs Kwan Fung en Lau Hok-Nin
krijgen dit niet voor elkaar. Ze zijn beiden zo toegetakeld met haar dat
ze bijna onherkenbaar zijn.
Wat kung fu betreft wordt er genoeg
geknokt. Er valt op dit vlak dus ook voldoende te zien. De gevechten
zitten bommetje vol met acrobatiek en rare capriolen. Om het allemaal
wat strakker te krijgen is alles iets versneld. Dit is iets waar je van
moet houden en dus ook niet bij iedereen in de smaak zal vallen. Ng
Yuen-Jun is een bijzonder verdienstelijk acrobaat. Alles wat hij op dit
gebied laat zien ziet er perfect uit. Hij doet alles ook alsof het niets
is en zonder enige moeite. Maar als het op de strakheid van zijn kung fu
aankomt valt het wat tegen. Dit verschilt trouwens per tegenstander. In
zijn gevecht met Kwan Fung is er namelijk niets aan de hand. Dit gevecht
is dus ook heerlijk om naar te kijken en top vermaak. Vreemd genoeg valt
Lau Hok-Nin een klein beetje tegen. Normaal gesproken staat hij zijn
mannetje wel. Hier komt het allemaal niet over zoals het zou moeten.
Misschien komt dit omdat alles wat hij doet zich op de benen
concentreert. Het straalt veel kracht uit maar de flexibiliteit
ontbreekt.
In vergelijking met de andere kung fu
film van Lo Mar is 'Boxer from the temple' een monster. De film heeft
het op alle vlakken net niet. Het lijkt er op dat er niet voldoende tijd
genomen is om alles voor te bereiden. Natuurlijk ziet alles er op zijn
Shaws en geweldig uit. Hierdoor is de film nog wel te doen. Maar was dit
een individuele productie geweest dan was deze film waarschijnlijk
vergeten.
Copyright
kungfufilms.nl (2006) |